Uit De Socialist 133, maart 2002
HET
GEVAAR PIM FORTUYN
Dat Pim
Fortuyn niet meer genegeerd kan worden is duidelijk. Maar de manier waarop de
gevestigde politiek op hem reageert heeft zijn opmars alleen maarvergemakkelijkt.
Dat de
gevestigde partijen Fortuyn niet effectief kunnen bestrijden hoeft ons niet te
verbazen. Hij is een product van hun eigen politiek. Niemand buiten de
partijkantoren van de PvdA en de VVD gelooft dat de afgelopen periode van
afbraak en privatiseringen ontvangen is met groot enthousiasme. In deze context
kan Pim Fortuyn scoren als de outsider, de criticaster die langskomt om orde op
zaken te stellen.
Natuurlijk
zien de andere partijen in Pim Fortuyn een bedreiging. De angst voor hun eigen
positie dicteert de manier waarop ze met hem omgaan. Het standaardrepertoire van
Melkert tot Dijkstal bestaat uit twee elementen. Het eerste is te beweren dat de
eigen partij dit keer ècht naar de kiezer zal luisteren, nú orde op zaken zal
stellen en op een vollédig nieuwe manier politiek zal gaan bedrijven. Het
tweede is een poging Fortuyn met racisme te beconcurreren. Dus produceert de VVD
in Rotterdam een verkiezingsspotje dat op de traditionele opening met
'landgenoten' na opgenomen had kunnen zijn door doctorandus Janmaat. Het enige
wat de gevestigde partijen hiermee doen is acceptabel maken dat asielzoekers en
allochtone jongeren worden aangewezen als het grootste probleem dat witte
Nederlanders teistert. Vervolgens scoort Fortuyn, want hoe zou de gevestigde
politiek op kunnen tegen iemand die criminelen in kooien op wil sluiten, de
grenzen dicht wil gooien en de grondwet wil afschaffen? Waarom zouden mensen
voor een kopie stemmen als ze het origineel kunnen krijgen? Dat slingerde Le Pen
zijn tegenstanders in de Franse verkiezingen ooit toe. Fortuyn wint volgens
dezelfde logica.
Hollandse
Haider
Pim Fortuyn
kan niet bestreden worden alsof hij een iets rechtsere variant van Wiegel is.
Fortuyn combineert rechtse standpunten met een aantal klassieke kenmerken van
een fascistische politicus. Dit wordt het best zichtbaar als we Fortuyn
vergelijken met Haider, iemand die hij in zijn columns regelmatig prijst. Haider
profiteerde net zoals Fortuyn dat wil doen van de crisis van de gevestigde
politiek: decennia van brede coalities tussen sociaal-democraten en
christen-democraten, verwikkeld in corruptieschandalen terwijl ze niet in staat
zijn om sociale problemen op te lossen, een 'alpenmodel' waarin regering,
vakbonden en werkgevers gezamenlijk afspreken dat arbeiders mogen loonmatigen.
Haider kon daarin opkomen, niet alleen op basis van racisme, maar vooral door
racisme te combineren met het idee van een 'revolutie van bovenaf', de noodzaak
van iemand die met de harde hand de bezem door de politiek haalt. "Wij zijn
geen partij, maar een beweging," verklaren Haider en Fortuyn. Een
openlijker verwijzing naar Mussolini kom je zelden tegen.
Trotski
definieerde fascisme als een massabeweging, gebouwd op de frustraties van de
middenklasse, gericht op een gewelddadige oplossing van de problemen van het
kapitalisme door een frontale aanval op de arbeidersklasse. De elementen van die
politiek zijn in Fortuyn te duidelijk aanwezig om luchtig te doen over zijn
opkomst. Wat ontbreekt is de massabeweging op straat. Maar daarin is Fortuyn
niet uniek. Bij alle succesvolle fascisten in Europa - Haider, Le Pen, Dewinter
- bestaat een zekere mate van onbalans tussen een sterk ontwikkeld 'respectabel'
parlementair gezicht aan de ene kant maar relatief kleine georganiseerde
knokploegen aan de andere. Voorlopig is Pim Fortuyn een fascist zonder
fascistische partij, maar dat kan veranderen. Pim Fortuyn is intelligenter dan
Janmaat. Hij begint met het veroveren van zijn eigen Karinthië in Rotterdam.
Hij verzamelt langzaam maar zeker zijn aanhang. En hoe harder hij roept dat vol
vol is, hoe harder zijn fans juichen.
Pim Fortuyn
is een gevaar. Het is struisvogelpolitiek te denken dat hij gestopt kan worden
door hem vooral zijn gang te laten gaan. Zolang hij niet ontmaskerd wordt kan
hij poseren als een rechtse rebel, agressief en toch respectabel. Maar de
contradicties in deze pose kunnen ook tegen hem gebruikt worden. Mijn held van
deze maand is de man die hem op straat in Rotterdam toeschreeuwde dat hij de
nieuwe Hitler is, en Fortuyn daarmee dusdanig in paniek bracht dat hij
verklaarde niet meer op straat campagne te willen voeren.
Laat Fortuyn
maar thuisblijven, wij gaan de straat wel op. Om hem te ontmaskeren als een
nieuwe Janmaat. Om duidelijk te maken dat racisme niet acceptabel is. Om een
beweging van solidariteit te bouwen, niet alleen tegen Fortuyn, maar tegen de
politieke en economische orde die hem heeft voortgebracht.
Pepijn
Brandon